(artikel 6.3.12/3, § 1 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening)
Van bij de aanvang van een bestuurlijke procedure tot minnelijke schikking (zie artikel 6.4.19 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening) of een procedure tot het sluiten van een dading (zie artikel 6.3.5 Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening), kan elke belanghebbende vragen aan de Raad om een vrijwillige bemiddeling op te starten.
Een minnelijke schikking is een vergelijk tussen de gewestelijke stedenbouwkundige inspecteur, de gemeentelijke stedenbouwkundige inspecteur of de burgemeester, respectievelijk in naam van het Vlaamse Gewest of de gemeente, met de vermoedelijke overtreder(s) of andere belanghebbenden, waarvan de uitvoering elk verder recht op herstel of vergoeding van schade, geleden door het algemeen belang naar aanleiding van de inbreuken of misdrijven, uitdooft.
Met betrekking tot definitieve rechterlijke herstelmaatregelen waarvan de uitvoeringstermijn al meer dan vijf jaar overschreden is, kan de bevoegde overheid die de titel heeft doen betekenen met bevel tot uitvoeren, een nieuwe uitvoeringstermijn verlenen in de vorm van een dading met de veroordeelden, hun rechtsopvolgers en de rechthebbenden van het onroerend goed waarop de herstelmaatregel rust.
Van bij de aanvang van een procedure tot minnelijke schikking of een procedure tot het sluiten van een dading kan elke belanghebbende dus vragen aan de Raad om een vrijwillige bemiddeling op te starten.
Dit geldt ook in geval van weigering van een minnelijke schikking of een dading door de gewestelijke stedenbouwkundige inspecteur, de gemeentelijke stedenbouwkundige inspecteur of de burgemeester.