(artikel 7, § 3, tweede lid Procedure- en werkingsreglement van de Hoge Raad)
Laattijdige nota’s worden uit de besluitvorming geweerd, tenzij er sprake is van overmacht of onoverkomelijke dwaling.
De datum waarop de uitnodiging tot horen bij de postdiensten is afgehaald, speelt geen rol, behalve in het geval van overmacht of onoverkomelijke dwaling.
Overmacht betreft een onvoorzienbare en niet afwendbare gebeurtenis, die in casu het indienen van de nota binnen de voorziene termijn van 8 dagen onmogelijk maakt.
Onoverkomelijke dwaling houdt in dat elk redelijk en voorzichtig persoon deze dwaling zou hebben begaan.
In de nota zal een reden van overmacht of onoverkomelijke dwaling moeten worden opgegeven die ertoe heeft geleid dat de nota niet binnen de voorziene termijn van 8 dagen kon worden ingediend. Dit zal alleszins moeten worden gestaafd aan de hand van stukken. De Raad zal dan oordelen of er in voorkomend geval sprake is van overmacht of onoverkomelijke dwaling.