(Handhavingsplan Ruimtelijke Ordening 2010, punt 7.3.1.2, bevestigd door het Handhavingsprogramma Ruimtelijke Ordening)
Ja, de Raad houdt rekening met het tijdsverloop tussen het initiële feit (de oprichting van een constructie of het begin van uitvoering van een handeling) en de datum van het inleiden van een adviesaanvraag over een herstelvordering. Het tijdsverloop is immers een belangrijke indicator om de ernst van de weerslag op rechten van derden en belanghebbenden te beoordelen.
Het Handhavingsplan Ruimtelijke Ordening voorziet dienaangaande een aantal aanvullende beleidscriteria die pas aan bod komen wanneer de herstelvordering de drievoudige toets doorstaat. Dit werd bevestigd door het Handhavingsprogramma Ruimtelijke Ordening.
Deze aanvullende beleidscriteria houden het volgende in:
- voor recente overtredingen: de Raad zal positief advies verlenen wanneer de herstelvordering de drievoudige toets doorstaat. Ter zake heeft de Raad geen bestuurlijke beoordelingsvrijheid meer indien de herstelvordering de drievoudige toets doorstaat.
- voor niet-recente, doch geconsolideerde overtredingen: de Raad zal positief advies verlenen wanneer de herstelvordering de drievoudige toets doorstaat. Ter zake heeft de Raad geen bestuurlijke beoordelingsvrijheid meer indien de herstelvordering de drievoudige toets doorstaat.
- voor wederrechtelijke toestanden met een voortschrijdend karakter: de Raad zal positief advies verlenen wanneer de herstelvordering de drievoudige toets doorstaat. Ter zake heeft de Raad geen bestuurlijke beoordelingsvrijheid meer indien de herstelvordering de drievoudige toets doorstaat.
- voor niet-recente, niet-geconsolideerde overtredingen: de Raad kan negatief advies verlenen, zelfs wanneer de herstelvordering de drievoudige toets doorstaat. Ter zake heeft de Raad bestuurlijke beoordelingsvrijheid.